De dik-voor-mekaar-mensen. Ken je ze? Ik heb ze in ieder geval in mijn omgeving. Mensen die altijd net effe gelukkiger lijken te zijn dan jij. Iets succesvoller. Net een tíkkie beter.
Slimmer. Relaxter. Interessanter. Geliefder. En beter in plannen. Dat ook. Ze wensen, hangen daar een tijdsschema aan en hop, het lukt ze nog ook.
Geef mij een Excelsheet en ik ram er een strakke planning voor je uit. Maar het plannen van mijn privéleven vind ik een tikje las-ti-ger. Ik denk dat het allemaal te maken heeft met die law
of attraction. Je-weet-wel, waar de The Secret zo mee wegloopt. Die van visualiseer een Range Rover, en ratatatataa, binnen afzienbare tijd zit jij met je ass op de
bestuurderstoel. Als je d'r maar wel effe goed in gelooft en het tegelijkertijd volledig loslaat, that is.
En daar lopen die planning en de law of attraction bij mij met elkaar te klooien. Dik-voor-mekaar-mensen doen dat niet. Die klooien niet - die gelóven. Dat ze recht hebben op dingen. Op
geluk. Om geliefd te zijn. Om succes te hebben. Misschien omdat het leven nog niet aan ze getoornd heeft. Heeft geprobeerd om de spreekwoordelijke stoelpoten onder 't vege lijf weg te
snoepen. Of misschien hebben ze juist daardoor het geloof in zichzelf gekregen.
Maar ik denk dat het ook met een andere mooie term te maken heeft die ze onder hun behendige knie hebben: narrative telling. Simpel gezegd: dat wat jij jezelf en anderen over
je leven vertelt. Een gebeurtenis kan namelijk op verschillende manieren worden vertaald. De waarheid is buigzaam. Waarmee ik niet zeg dat narrative telling een potje liegen is.
Sterker: ik geloof in narrative telling. Want als je het positieve weet te plukken uit elke rotsituatie, voel je je net effe beter als je erover vertelt. Dat voelt in het begin
misschien alsof je jezelf voor de gek houdt. Maar dat komt slechts omdat je iets anders doet dan je normaal deed. De eerste keer op een fiets zonder zijwieltjes voelde ook gek, geloof me. Alleen
weet je dat niet meer.
Waarmee ik niet wil zeggen dat we overal maar een positief laagje overheen moeten knallen. Als ik ergens een hekel aan heb, dan is het doen alsof we in Lalaland leven. Want dat leven we
niet. Het is soms een tyfuszooi in de wereld. En soms is het dat in je eigen leven. Maar durf het te zien en probeer terwijl je ernaar kijkt, in jezelf te blijven geloven. Te weten dat je
niet een betere versie van jezelf hoeft te worden om iets te bereiken. Omdat je allang goed bent. En dat, hoe ver je ook van jezelf afgedreven lijkt in die tyfuszooi, je vanzelf altijd weer bij
jezelf terug zult keren. Hoe lang je ook weg bent geweest.