Ik zit haar aan te staren, waarschijnlijk zijn mijn ogen tien tikjes groter dan hun normale omvang.
"Sorry, wat?" zeg ik.
Zonder haar tijd te gunnen voor een antwoord op de toch al retorische vraag, begin ik te joelen en te klappen. Voor haar weliswaar, want zij is degene die haar leven om gaat gooien. Na jarenlang
erover praten heeft ze in een week tijd besloten er gewoon, hop, voor te gaan. Niet meer te wachten tot er verandering zou komen maar zelf de verandering in gang te zetten.
Ze zegt haar baan op om voor onbepaalde tijd naar het buitenland te vertrekken. Een beslissing die ik toch niet echt had zien aankomen, en ik moet 'm dus even op mij in laten werken. Ik merk dat ik zenuwachtig word als we het erover hebben, wat ik schaar het onder plaatsvervangende zenuwen voor haar.
Later besef ik me dat het niet zo is. Het is de kracht in haar stem, de kordate houding die mij prikkelen. En misschien zijn die kriebels in mijn buik geen zenuwen, maar kriebelt er letterlijk iets in mij. Voor het eerst in mijn leven wens ik verandering. Jarenlang heb ik veranderingen in mijn leven zoveel mogelijk proberen te voorkomen, wat nooit lukte. Het waren altijd veranderingen waar ik geen zegje in had maar die wel van grote invloed waren op mijn leven en geluk, zoals bijvoorbeeld het overlijden van mijn vader. Verandering was daarom voor mij een soort monster geworden, waarmee je liever niet mee om de tafel gaat zitten, laat staan nonchalant een wijntje mee gaat drinken.
Voor het eerst is het nu anders. Voelt het alsof de verandering nodig is zoals mijn lichaam de lucht nodig heeft die ik inadem. Het hoe en wat is mij nog geheel onduidelijk. Het is alsof ik in een bootje ga stappen op een mistig meer. Het enige wat ik zeer zeker weet is wat ik niet meer wil. En dat is dingen doen die vooral de goedkeuring van mijn hoofd hebben. Ik wil mijn hart, dus die koers heb ik besloten om te gaan varen. Maar zoals het Franse spreekwoord 'Le coeur a ses raisons que la raison ne connaît pas' zo mooi verwoord, kan mijn hoofd de route niet snappen of zien. Vandaar dat mistige meertje. Maar ik vertrouw erop dat mijn hart de weg wel kent en mij op een mooie plek zal laten aanmeren.